Voor literatuurlijst klik hier.

 

 

Om de WAARHEID te zeggen…

 

 

Zegt u altijd de waarheid? Behoort u dat te

doen? Hier leest u hoe het Negende Gebod

van God van toepassing is op uw leven.

 

Kan een leugen, zelfs een ’leugentje’, ooit noodzakelijk of zelfs gerechtvaardigd zijn?

In deze moderne tijd van situatie-ethiek, grootscheepse reclame, ingewikkelde menselijke relaties en dekmantels van regeringen kan men zich dat heel goed gaan afvragen!

’Leugentjes om bestwil’ tussen man en vrouw, ouders en kinderen, of andere familieleden en collega's worden door vooraanstaande autoriteiten vergoelijkt en zelfs aangemoedigd. Ambtenaren zwijgen over de misstanden aan de top „ter bescherming van de nationale veiligheid” of de reputatie.

Veel van de fictieve verhalen op de televisie en in de film zijn op leugens gebaseerd, en dat alles in de naam van het amusement (veelal als ’komedie’) – en hoe meer leugens, hoe interessanter het verhaal, schijnt het.

Adverteerders zijn in hun schandelijke en vaak regelrecht onjuiste beweringen over goederen en diensten zo ver gegaan dat er geen enkele verstandige consument meer is die tegenwoordig nog onvoorwaardelijk in enige reclame gelooft.

De tijd is voorbij dat „de waarheid, de hele waarheid en niets dan de waarheid” nog als ideaal werd beschouwd. Maar ís het wel altijd het beste om de waarheid te zeggen? Bestaan er situaties waarin een leugen beter zou zijn? Duurt eerlijkheid niet altijd het langst?

Hier is het krachtige antwoord van God in Openbaring 21:8: „Maar de lafhartigen, de ongelovigen, de verfoeilijken, de moordenaars, de hoereerders, de tovenaars, de afgodendienaars, en alle leugenaars; hun deel is in de poel, die brandt van vuur en zwavel: dit is de tweede dood.”

Voor het vleselijk-gezinde verstand lijkt een dergelijke redenering onlogisch. Maar vanuit de volmaakt geestelijke zienswijze waarop Hij zijn hele levenswijze gebaseerd heeft, gebiedt God ons in Exodus 20:16: „Gij zult geen valse getuigenis spreken tegen uw naaste.”

Het Negende Gebod omvat alle aspecten van liegen: valse beschuldigingen, voorwendsels, hypocrisie, halve waarheden, leugentjes om bestwil, roddelen – zelfs het breken van beloften. In feite bestaat er, in tegenstelling tot wat sommige mensen denken, niet zoiets als een leugentje om bestwil of een halve waarheid. Een leugen is een leugen en God verafschuwt leugens!

 

 

Halve waarheden

 

Mensen proberen zich vaak te rechtvaardigen door te doen alsof een halve waarheid geen leugen is. Zij beseffen niet dat de halve waarheid nog steeds een hele zonde is.

De patriarch Abraham moest de gevolgen van een dergelijke ervaring ondergaan. Toen hij en zijn knappe vrouw Sarai in Egypte kwamen, was hij bang dat de Egyptenaren hem zouden doden om Sarai voor zichzelf te nemen.

Genesis 12:11-13: „Toen hij op het punt stond Egypte binnen te trekken, zeide hij tot zijn vrouw Sarai: Zie toch, ik weet, dat gij een vrouw zijt schoon van uiterlijk. Wanneer de Egyptenaren u zien, zullen zij zeggen: Dit is zijn vrouw; en zij zullen mij doden, en u in het leven laten. Zeg toch, dat gij mijn zuster zijt, opdat het mij om uwentwil welga, en ik om uwentwil in het leven moge blijven.”

Loog Abraham? Ja. Maar Sarai was immers zijn halfzuster? Inderdaad – maar zij was tevens zijn vrouw. Abraham had niet de hele waarheid verteld.

Vers 17: „Maar, de Here sloeg Farao met zware plagen, evenals zijn huis, ten oorzake van Sarai, de vrouw van Abram.”

Spreekt u weleens een halve waarheid, misschien in de waan dat u het Negende Gebod niet overtreedt? Veel mensen doen dat weleens, bewust of onbewust. Het is niet noodzakelijk om ieder detail van iets dat u weet te vertellen (soms is het beter om helemaal niets te zeggen) – maar wat u zegt, moet de waarheid zijn – de echte waarheid!

 

 

Bijgekleurde waarheden

 

Een van de belangrijkste dingen waar u aan moet denken als u met iemand in gesprek bent, is dat de mensen niet altijd horen wat u wilt dat zij horen – niet helemaal tenminste. Uw woorden hebben voor hen niet dezelfde betekenis als voor u. Hun oren vangen alleen dat op wat hun geest graag en gemakkelijk zal accepteren.

En als zij herhalen wat er gezegd is, kleuren zij de waarheid bij op een wijze die henzelf in een goed daglicht stelt, net als u doet. U hoort alleen wat u wilt horen en u herhaalt de dingen op een zodanige manier dat u onschuldig lijkt. Deze neiging hebben de meeste mensen.

Hebt u er bijvoorbeeld ooit eerlijk opgelet hoe u een ongeluk beschrijft waarbij u betrokken bent geweest? Wiens fout blijkt het te zijn?

Die ’onschuldige’ opmerking die u maakt, de toespeling die u toevoegt en de manier waarop u beschrijft hoe het allemaal gebeurd is, maken een groot verschil uit. Door de waarheid bij te kleuren vertelt u in feite een leugen.

Op speciaal daarvoor bestemde websites – online sociaal netwerk – presenteren mensen zichzelf, o.a. voor het zakelijke circuit. Ook hier schort het aan betrouwbaarheid. Het zal waarschijnlijk niet zo ver gaan dat iemand in zijn cv zet dat hij op een universiteit heeft gezeten en zeker weet dat hij niet liegt, want hij is dakdekker. Maar toch wordt er veel misleidende informatie geplaatst. Dat is liegen! En natuurlijk registreren veel mensen zich om hun imago op te vijzelen met hun eigen bewoording.

De eerste mensen begonnen al met de waarheid bij te kleuren.

God had tegen Adam en Eva gezegd in Genesis 2:16-17: „Van alle bomen in de hof moogt gij vrij eten, maar van de boom der kennis van goed en kwaad, daarvan zult gij niet eten, want ten dage, dat gij daarvan eet, zult gij voorzeker sterven.”

Eva liet zich door Satan verleiden en at een vrucht van de verboden boom en ze gaf er ook een aan Adam die hem opat. Toen God hem vroeg of hij van de verboden boom had gegeten, kleurde hij zijn antwoord.

Genesis 3:12: „De vrouw, die Gij aan mijn zijde gesteld hebt, die heeft mij van de boom gegeven en toen heb ik gegeten.”

Dit klonk wat onschuldiger dan te zeggen: „Ja, ik ben aan U ongehoorzaam geweest en heb een vrucht gegeten van de boom waarvan U verboden had te eten.” Ook Eva kleurde haar antwoord toen God haar dezelfde vraag stelde.

Vers 13: „Daarop zeide de HERE God tot de vrouw: Wat hebt gij daar gedaan? En de vrouw zeide: De slang heeft mij verleid en toen heb ik gegeten.”

We hoeven niet verbaasd te zijn als hun kinderen dit gedrag overnemen. Uit afgunst had hun zoon Kaïn zijn broer Abel gedood.

Genesis 4:9: „Toen zeide de HERE tot Kaïn: Waar is uw broeder Abel? En hij zeide: Ik weet het niet; ben ik mijns broeders hoeder?”

Dit was geen bijgekleurde waarheid meer, maar een onverschillige leugen.

Het is het verlangen van de mensen om zich te verdedigen, om de strengheid van een gebod te tonen of een schijnbare onrechtvaardigheid die hen is aangedaan, die de mensen de waarheid doet bijkleuren. En dit gebeurt vaker dan u denkt.

Een bijgekleurde waarheid staat soms even ver van de waarheid af als een regelrechte leugen. De waarheid kan bijgekleurd worden door weglating, toevoeging of wijziging, die alle feiten verdraaien en de waarheid in een leugen veranderen. En vergeet niet, God verafschuwt leugens!

 

 

Roddelen

 

Vertelt u altijd verder wat u hoort, of het nu goed of slecht is, waar of onwaar? God heeft gezegd in Leviticus 19:11, 16: „Gij zult niet stelen, gij zult niet liegen en gij zult elkander niet bedriegen . . . Gij zult onder uw volksgenoten niet als een lasteraar rondgaan; gij zult uw naaste niet naar het leven staan.”

Wanneer u roddelt of lastert, overtreedt u het Negende Gebod. U kunt uw naaste niet liefhebben, zoals God gebiedt, wanneer u kwaad van hem spreekt of de mensen tegen hem keert. Een ware christen is een vredestichter, geen oorlogshitser. Christus heeft gewaarschuwd.

Lukas 17:1: „Het is onmogelijk, dat er geen verleidingen komen, maar wee hem, door wie zij komen!”

Een ware christen spreekt over niemand kwaad. Hij oordeelt niet en herhaalt geen dingen die zijn naaste kunnen schaden. Dit mag niet verkeerd geïnterpreteerd worden. We kunnen niet doen alsof alle mensen goed zijn. Christus sprak op kwade toon tegen en over de huichelachtige joodse religieuzen in zijn tijd. Maar we moeten niet meedoen met het verspreiden van kwade geruchten. Zoals u weet, verspreiden roddelpraatjes zich zeer snel. Dat komt doordat Satan eropuit is de mensen op te hitsen en twist te veroorzaken. Satan is de „aanklager van onze broeders” (Openbaring 12:10).

Let op de beschrijving van het type mens dat God in zijn Koninkrijk wenst.

Psalmen 15:1-3: „HERE, wie mag verkeren in uw tent? Wie mag wonen op uw heilige berg? Hij, die onberispelijk wandelt en doet wat recht is en waarheid spreekt in zijn hart, die met zijn tong niet lastert, die zijn metgezel geen kwaad doet en geen smaad op zijn naaste laadt.”

Overtreed Gods Negende Gebod niet door te roddelen. God verafschuwt lippen die roddels verspreiden.

 

 

Valse getuigenissen

 

Wanneer we een getuigenis moeten afleggen, rust er een zeer belangrijke verantwoordelijkheid op ons. Door onze woorden kan een onschuldige persoon worden veroordeeld, of kan een misdadiger vrijuit gaan.

Leggen we een ware of een valse getuigenis af? Doen we nauwkeurig verslag van de feiten, of verdraaien we ze en kiezen we partij? Een ware christen kent geen aanzien des persoons. Maar de neiging bestaat om een verhaal te verdraaien, vooral als iemands eigen belangen ermee gemoeid zijn.

God zegt in Spreuken 19:5: „Een vals getuige blijft niet ongestraft, wie leugens uitblaast, ontkomt niet.”

Geen van de mensen die Christus vervolgden, kon een fout bij Hem vinden. Toch beschuldigden zij Hem onophoudelijk van verkeerde praktijken. Zij bekritiseerden zijn woorden en daden. Zij kochten zelfs mensen om om leugens over Hem te verkondigen om Hem te veroordelen. En hun afschuwelijke samenzwering eindigde zelfs niet bij zijn dood – zij gebruikten ook nog valse getuigen om te liegen over het wonder van de opstanding van Christus.

Mattheüs 27:62-66: „De volgende dag, dat is na de Voorbereiding, kwamen de overpriesters en de Farizeeën gezamenlijk tot Pilatus, en zij zeiden: Heer, wij hebben ons herinnerd, dat die verleider bij zijn leven gezegd heeft: Na drie dagen word Ik opgewekt. Geef daarom bevel het graf te verzekeren tot de derde dag; anders konden zijn discipelen Hem komen stelen, en tot het volk zeggen: Hij is opgewekt uit de doden, en de laatste dwaling zou erger zijn dan de eerste. Pilatus zeide tot hen: Hier hebt gij een wacht, gaat heen en verzekert het naar uw beste weten. Zij gingen heen en verzekerden het graf met de wacht, na de steen verzegeld te hebben.”

Mattheüs 28:1-15: „Laat na de sabbat, tegen het aanbreken van de eerste dag der week, ging Maria van Magdala en de andere Maria het graf bezien. En zie, er kwam een grote aardbeving, want een engel des Heren daalde uit de hemel neder en kwam nader, en hij wentelde de steen weg en zette zich daarop. Zijn uiterlijk was als een bliksem en zijn kleding wit als sneeuw. En de bewakers werden door vrees voor hem bevangen en zij werden als doden. Doch de engel antwoordde en zeide tot de vrouwen: Weest gij niet bevreesd; want ik weet, dat gij Jezus zoekt, de gekruisigde. Hij is hier niet, want Hij is opgewekt, gelijk Hij gezegd heeft; komt, ziet de plaats, waar Hij gelegen heeft. En gaat terstond op weg en zegt zijn discipelen, dat Hij is opgewekt uit de doden. En zie, Hij gaat u voor naar Galilea; daar zult gij Hem zien. Zie, ik heb het u gezegd. En zij gingen terstond weg van het graf, met vrees en grote blijdschap, en liepen haastig voort om het zijn discipelen te berichten. En zie, Jezus kwam haar tegemoet en zeide: Weest gegroet. Zij naderden Hem en grepen zijn voeten en zij aanbaden Hem. Toen zeide Jezus tot haar: Weest niet bevreesd. Gaat heen en bericht mijn broeders, dat zij naar Galilea gaan, en daar zullen zij Mij zien. Toen zij onderweg waren, zie, enigen van de wacht kwamen in de stad om de overpriesters al het gebeurde te berichten. En in een vergadering met de oudsten kwamen zij tot een besluit en zij gaven de soldaten veel geld, en zij zeiden: Zegt, zijn discipelen zijn des nachts gekomen en hebben Hem gestolen, terwijl wij sliepen. En indien dit de stadhouder ter ore komt, wij zullen het in orde brengen en maken, dat gij buiten moeite blijft. En zij namen het geld aan en deden zoals hun gezegd was. En dit gerucht is onder de Joden verbreid tot de dag van heden toe.”

Vraag God iedere dag om u te helpen de waarheid te spreken, ongeacht de prijs of de omstandigheden. Als u de taak krijgt om te getuigen, spreek dan altijd de waarheid, zelfs als die u pijn doet of schaadt. Beoordeel of die pijn en schade voor een ander verdiend of onverdiend is, want zwijgen is soms ook een optie. Wees een ware christen, een betrouwbare getuige – probeer God te behagen, niet de mensen!

 

 

Hypocrisie

 

Hypocrisie is een ander facet van liegen – van het overtreden van het Negende Gebod. Een hypocriet zegt het ene en doet het andere. Bijvoorbeeld, de schriftgeleerden en farizeeën uit de tijd van Jezus vonden zichzelf rechtvaardig en heilig, maar in werkelijkheid bestond hun rechtvaardigheid alleen in schijn. Zij reinigden „de buitenzijde van de beker en van de schotel”, maar van binnen waren zij „vol roof en onmatigheid” (Mattheüs 23:25).

Daarom zei Christus in Mattheüs 23:3: „Alles dan, wat zij u ook zeggen, doet dat en onderhoudt dat, maar doet niet naar hun werken, want zij zeggen het wel, maar doen het niet.”

Een ander voorbeeld van hypocrisie is dat van Ananias en Saffira. Zij deden alsof zij hun bezittingen met het volk van God deelden, maar hun schijnbare vrijgevigheid was niet meer dan uiterlijk vertoon. Nadat zij hun land voor een bepaalde som verkocht hadden, deden zij alsof zij de hele koopsom aan de voeten van de apostelen legden, maar in werkelijkheid hielden zij een deel ervan voor zichzelf achter. Het gevolg? Zij betaalden voor hun leugen met hun leven.

Handelingen 5:1-10: „En een zeker man, met name Ananias, met zijn vrouw Saffira, verkocht een eigendom, hield iets van de opbrengst achter, met medeweten van zijn vrouw, en bracht een zeker deel en legde het aan de voeten der apostelen. Maar Petrus zeide: Ananias, waarom heeft de satan uw hart vervuld om de Heilige Geest te bedriegen en iets achter te houden van de opbrengst van het stuk land? Als het onverkocht gebleven was, bleef het dan niet van u, en was, na de verkoop, de opbrengst niet te uwer beschikking? Hoe kondt gij aan deze daad in uw hart plaats geven? Gij hebt niet tegen mensen gelogen, maar tegen God. En bij het horen van deze woorden viel Ananias neder en blies de adem uit. En een grote vrees kwam over allen, die het hoorden. En de jonge mannen stonden op en legden hem af, en zij droegen hem uit en begroeven hem. En het geschiedde na verloop van ongeveer drie uur, dat zijn vrouw binnenkwam, onkundig van wat er gebeurd was. En Petrus antwoordde haar: Zeg mij, hebt gij het stuk land voor zoveel verkocht? En zij zeide: Ja, voor zoveel. En Petrus zeide tot haar: Hoe hebt gij kunnen overeenkomen om de Geest des Heren te verzoeken? Zie, de voeten van hen, die uw man hebben begraven, zijn aan de deur en zij zullen ook u uitdragen. En zij viel terstond neder voor zijn voeten en blies de adem uit; en de jonge mannen kwamen binnen en vonden haar dood en zij droegen haar uit en begroeven haar bij haar man.”

Hypocrieten doen zich voor als iets wat zij niet zijn, of geven voor dat zij iets doen zonder het te doen.

 

 

Verafschuw liegen

 

Voor leugens, hypocrisie en valse voorwendsels is geen plaats in de geest of handelingen van een ware christen.

En hoe zit het met de beloften die we doen? Houden we ze? Denken we misschien dat het breken van een belofte geen zonde is? Toch is ook dit een overtreding van het Negende Gebod!

Prediker 5:3-4: „Als gij God een gelofte gedaan hebt, talm er dan niet mee die in te lossen, want Hij heeft geen welgevallen aan de dwazen; wat gij beloofd hebt, moet gij inlossen. Het is beter, dat gij niet belooft dan dat gij belooft en niet inlost.”

Deuteronomium 23:22-23: „Wanneer gij u onthoudt van het doen van een gelofte, bezondigt gij u niet. Wat over uw lippen gegaan is, moet gij stipt volbrengen.”

David zei in Psalmen 119:163: „Ik haat en verafschuw leugen, maar uw wet heb ik lief.”

Wat een prachtige uitspraak – wat een prachtige instelling! Het is geen wonder dat David een man was naar Gods hart.

Wilt u een christen zijn naar Gods hart? Zo ja, haat en verafschuw dan de leugen, en heb Gods geboden lief – ook het Negende!

 

 

Om de waarheid te vertellen

 

Wij leven in een tijdperk dat bijna alle respect voor eenvoudige, eerlijke, onverbloemde waarheid verloren schijnt te hebben!

Mensen zeggen: „Wat is waarheid?”

DE ECHTE WAARHEID is bij God en wordt door Hem bekend gemaakt in zijn Woord de Bijbel. ’DE ECHTE WAARHEID’ is een gedurfde uitspraak in deze tijd. De Gemeente van God is opgedragen de lezers van de website juist die te bieden: de onomwonden, onbevooroordeelde, nuchtere waarheid ten aanzien van de wereldgebeurtenissen.

De Gemeente kan dit doen omdat zij – u mag dit geloven of niet – alles wat zij zegt baseert op de enige bron waarin de uiteindelijke, absolute waarheid kan worden gevonden. Die bron is de Bijbel.

Wij leven echter in een tijdperk dat niet veel waarde schijnt te hechten aan oprechtheid, vertrouwen en geloofwaardigheid. Het Negende Gebod, gericht tegen het spreken van onwaarheid, wordt op grote schaal genegeerd. Dit probleem wortelt in de vleselijke begeerte van de mens om zoveel mogelijk voor zichzelf te nemen – om koste wat het kost profijt te trekken. Wanneer het enige doel nemen is, wordt eerlijkheid onbelangrijk. Waarheid is daarom in de gedachten van de meeste mensen een betrekkelijke term geworden — niet een eeuwige waarde die moet worden gekoesterd en beoefend.

De verschillende kerken hebben ook hun eigen opvattingen over wat de waarheid nu precies is. De christelijke religies passen hun leer aan aan de tijd, dus aan de normen en wensen van mensen. Toch beweren ze dat de leer is gebaseerd op de Bijbel. Een ernstige overtreding van het Negende Gebod.

Zij kunnen het niet eens worden over wat men over God of Jezus Christus kan weten, of over wat de evangelieboodschap van Christus was.

Aan Jezus werd tijdens een verhoor waarbij zijn leven op het spel stond door Pilatus gevraagd in Johannes 18:38: „Wat is waarheid?” Het antwoord op deze vraag had Hij enkele uren tevoren al gegeven, aan zijn ware volgelingen, toen Hij tot God de Vader bad.

Johannes 17:14-17: „Ik heb hun uw woord gegeven en de wereld heeft hen gehaat, omdat zij niet uit de wereld zijn, gelijk Ik niet uit de wereld ben. Ik bid niet, dat Gij hen uit de wereld wegneemt, maar dat Gij hen bewaart voor de boze. Zij zijn niet uit de wereld, gelijk Ik niet uit de wereld ben. Heilig hen in uw waarheid; uw woord is de waarheid.”

Daar staat het! De bron van de uiteindelijke, absolute waarheid is Gods Woord. Gods Woord wordt gepersonifieerd door Jezus Christus.

Johannes 1:1-3: „In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is.” Vers 14: „Het Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd, een heerlijkheid als van de eniggeborene des Vaders, vol van genade en waarheid.”

In geschreven vorm is Gods Woord de Bijbel.

De waarheid vertellen aan de gehele wereld is de opdracht die is gegeven aan Gods Gemeente.

Mattheüs 24:14: „En dit evangelie van het Koninkrijk zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis voor alle volken, en dan zal het einde gekomen zijn.”

Markus 16:15: „En Hij zeide tot hen: Gaat heen in de gehele wereld, verkondigt het evangelie aan de ganse schepping.”

Kerken geven hun eigen interpretatie aan „het evangelie”. Als we niet willen liegen dan moeten we de uitleg van Jezus geven.

Markus 1:14: „En nadat Johannes was overgeleverd, ging Jezus naar Galilea om het evangelie Gods te prediken.”

En wat ís het evangelie?

Vers 15: „Hij zeide: De tijd is vervuld en het Koninkrijk Gods is nabijgekomen. Bekeert u en gelooft het evangelie.”

Het evangelie is de het goede nieuws aangaande het Koninkrijk van God dat door Jezus Christus spoedig op aarde wordt gevestigd.

Geloof geen leugens, maar geloof uw Bijbel.

De Gemeente van God verkondigt de waarheid over de omstandigheden in de wereld. Het is dezelfde boodschap die Christus verkondigde. Die boodschap betreft het Koninkrijk van God en de aanstaande wereld van morgen. Het verkondigen van die ophanden zijnde wereld van morgen is het onderwerp van het goede nieuws van onze website.

Wie regelmatig onze website objectief leest, heeft meer dan de meeste mensen in deze wereld begrip van dit hoogst belangrijke onderwerp: waarheid. Zou het niet fantastisch zijn als iedereen eerlijkheid en waarheid als grondslag nam voor al zijn handelingen?

Het is onmogelijk dat God liegen zou.

Hebreeën 6:17-19: „Daarom heeft God, toen Hij des te nadrukkelijker aan de erfgenamen der belofte het onveranderlijke van zijn raad wilde doen blijken, Zich onder ede verbonden, opdat door twee onveranderlijke dingen, waarbij het onmogelijk is, dat God liegen zou, wij, die tot Hem de toevlucht genomen hebben, een krachtige aansporing zouden hebben om de hoop te grijpen, die voor ons ligt. Haar hebben wij als een anker der ziel, dat veilig en vast is.”

Een van de namen van Jezus Christus is ’Waarachtig’.

Openbaring 19:11: „En ik zag de hemel geopend, en zie, een wit paard; en Hij, die daarop zat, wordt genoemd Getrouw en Waarachtig, en Hij velt vonnis en voert oorlog in gerechtigheid.”

God wil ook waarachtigheid in ons diepste innerlijk.

Psalmen 51:8 (Statenvertaling): „Zie, Gij hebt lust tot waarheid in het binnenste, en in het verborgene maakt Gij mij wijsheid bekend.”

De tijd komt dat iedereen de waarheid zal achten en te allen tijde de absolute waarheid zal spreken. Dit zal gebeuren wanneer Christus Gods regering op deze aarde heeft gevestigd.

Intussen moeten zij die God wensen te dienen zich inspannen om steeds in ieder aspect van hun leven de waarheid te vertellen. Alles wat wij zeggen, doen en denken moet de waarheid weerspiegelen. Het voorbeeld dat wij stellen moet de ware levenswijze van God zijn.

Colossenzen 3:9: „Liegt niet meer tegen elkander, daar gij de oude mens met zijn praktijken afgelegd, en de nieuwe aangedaan hebt, die vernieuwd wordt tot volle kennis naar het beeld van zijn Schepper.”



Terug naar de Home Page